Open NK in Zweden als ontwikkelingswerk
Het complete Nederlandse peloton topschaatsers is de komende dagen in het Zweedse Mora te vinden. Terwijl in Nederland de krokussen de grond alweer uitkomen en de winterkleding is opgeborgen, wordt zaterdag het open Nederlands marathonkampioenschap op het Siljanmeer verreden. Het is voor het eerst dat de schaatsbond de open nationale titelstrijd in Zweden organiseert.
Het product marathonschaatsen moet worden geëxporteerd. Dat althans is de mening van Peter Leegwater, voorzitter van de marathonsectie van de Koninklijke Nederlandse Schaatsenrijders Bond. De afgelopen jaren is in Italië, Rusland, Finland en Oostenrijk het ontwikkelingswerk redelijk gelukt. In die landen worden heuse marathoncompetities opgezet.
Volgens Leegwater heeft Zweden nu ook duw in de rug nodig. "Duizenden Zweden begeven zich regelmatig op het ijs. Maar er wordt niet zo als bij ons geschaatst. Een Zweed rijdt op een kluunschaats en trekt met rugzak op de vrije natuur in. Aan wedstrijden op natuurijs wordt bijna niet gedaan. Door nu het open NK in Mora te organiseren hopen we in de toekomst op meer Zweedse deelnemers bij ons NK. Er moet hier gewoon een basis worden gelegd waarop het marathonschaatsen tot bloei komt. Ik heb er wel vertrouwen dat het goed komt."
In Mora werkt de KNSB nauw samen met de Zweedse schaatsbond en het organisatiecomitê van de Vasaloppet, een soort Elfstedentocht over 90 kilometer maar dan met 15.000 wedstrijdlanglaufers. De voorbereiding op het eerste open NK verliep volgens Leegwater vlekkeloos. "De organisatie van de Vasaloppet heeft twintig man in vaste dienst. Alles is tot in de kleine puntjes geregeld."
Desondanks is er toch nog een probleem in Mora. De temperatuur liep de afgelopen dagen op tot 5 graden boven nul. Het parcours is nu van 25 naar 4 kilometer ingekort. Op de 60 centimeter dikke ijskorst ligt momenteel een behoorlijke laag water. Tijdens de training hield geen enkele schaatser de voeten droog.
Niemand die daarover mopperde. Leegwater: "De grilligheden van de natuur hebben we niet in de hand. Dit is het noodlot. Misschien vriest het morgen weer en dan worden we op onze wenken bediend. Maar we houden ook rekening met aanhoudende dooi. In dat geval proberen we zaterdag uit te wijken naar een meer dat hoog in de bergen ligt en waar de temperatuur deze week nog niet boven het vriespunt is geweest."